Voorbeschouwing Parijs - Roubaix 2025

Parcours

In Noord-Frankrijk worden alle befaamde kasseistroken tussen Parijs en Roubaix weer opgezocht. Het resultaat: een loodzware koers van 259 kilometer, waarvan liefst 55,3 over de kasseien gaat. Na zo’n 100 kilometer barst het spektakel écht los, wanneer de eerste van dertig stroken op het peloton wacht.

Op 95 kilometer van de meet doemt het iconische Bos van Wallers op. Niet via de chicane zoals vorig jaar, maar dit keer via een industriële aanloop met twee scherpe negentiggraders rond het voormalige mijnbouwgebied van Arenberg. De renners zullen met minder snelheid het bos in duiken, maar dat zal de spanning zeker niet drukken.

Op 49 kilometer van de finish volgt de volgende vijfsterrenstrook: Mons-en-Pévèle. En wie daar nog overeind blijft, mag zich opmaken voor de ultieme test op 17 kilometer van de streep: Carrefour de l’Arbre, traditioneel de plek waar het kaf van het koren wordt gescheiden, mocht dat nog niet eerder gebeurd zijn. 

Favorieten

Het is niet moeilijk om dé topfavoriet voor Parijs - Roubaix 2025 aan te wijzen. Mathieu van der Poel, winnaar van de afgelopen twee edities, verkeert opnieuw in bloedvorm. Een verkoudheid tussen de E3 en de Ronde van Vlaanderen gooide even roet in het eten, maar zelfs niet op zijn best kon hij als enige Tadej Pogacar volgen op de hellingen. Van der Poel beschikt over alles wat je nodig hebt in de Hel van het Noorden: techniek, power, explosiviteit én het vermogen om telkens weer te herstellen tussen de stroken. Alles wijst erop dat hij opnieuw de man is om te kloppen.

Zijn eeuwige rivaal Wout van Aert liet in de Ronde van Vlaanderen zien dat hij helemaal terug is. Als er nog één monument op zijn verlanglijst staat, is het wel Parijs - Roubaix. Pech hield hem de afgelopen jaren telkens uit de zege, maar de Belg heeft alles in huis om deze koers naar zijn hand te zetten. In 2023 was hij misschien wel de sterkste man in koers, reed hij samen met Van der Poel weg van de rest, maar een lekke band op het verkeerde moment kostte hem de overwinning.

De grootste uitdager van dit duo is Mads Pedersen. De onverzettelijke Deen is dit voorjaar een constante factor in elke klassieker en lijkt stilaan aan te haken bij de allergrootsten. Hij is sterk, tactisch slim en bovenal betrouwbaar. In 2023 werd hij vierde, in 2024 derde – het lijkt slechts een kwestie van tijd voordat hij op het podium weer een trede hoger eindigt. Alles wijst erop dat dat moment in Roubaix weleens kan aanbreken.

Outsiders

De opvallendste outsider dit jaar is niemand minder dan Tadej Pogacar. Het is alweer even geleden dat een renner onder de 70 kilogram Parijs - Roubaix wist te winnen – Bernard Hinault was in 1980 de laatste. Niet zonder reden: wie lichter is, stuitert sneller over de kasseien in plaats van erin te snijden. Toch heeft Pogacar in Strade Bianche en de Vlaamse klassiekers al vaker laten zien dat hij zich prima redt op dit terrein. Alleen maakte hij het verschil daar vaak heuvelop – en zulke stroken zijn in Roubaix simpelweg niet te vinden.

Op papier een knecht, maar in de praktijk een serieuze kanshebber: Jasper Philipsen. De sprinter in klassieke vorm was de voorbije twee jaar telkens tweede achter Van der Poel, en staat ook nu weer in dienst van zijn kopman. Maar in Roubaix is pech nooit ver weg – mocht Van der Poel uitvallen, dan heeft Alpecin-Deceuninck met Philipsen direct een plan B. Wel laat hij dit voorjaar net wat minder zien dan vorig jaar, toen hij op het podium leek te wonen.

Dan zijn er nog de krachtpatsers: Filippo Ganna en Stefan Küng. Twee tempobeulen met tijdrijdersbenen, gemaakt voor dit soort terrein. Ganna toonde zich al vroeg in de aanval tijdens de Ronde van Vlaanderen, wat hem uiteindelijk een knappe achtste plaats opleverde. Zijn beste resultaat in Roubaix is voorlopig een zesde plek – verbetering lijkt binnen bereik, al moest hij in de Ronde passen toen de toppers doortrokken. Küng rijdt zoals Küng altijd rijdt: sterk, solide, en constant in de finale. Maar als het om de knikkers gaat, grijpt meestal iemand anders de hoofdprijs. Toch is dit misschien wel zijn beste kans op een monument – en Parijs - Roubaix heeft vaker voor verrassingen gezorgd.

Ook jonge krachtpatsers Jonathan Milan en Joshua Tarling zouden zomaar eens kunnen verrassen. Beiden torenen met hun bijna twee meter boven het peloton uit en beschikken over brute wattages – precies het profiel dat past bij deze koers. Jasper Stuyven, op zijn beurt, was tijdens de Ronde van Vlaanderen nog “the best of the rest”. Hij kent z’n rol als helper van Mads Pedersen, maar in Roubaix kan alles: wie zich in de finale vooraan weet te handhaven, maakt ineens kans op het grote werk.

Odds Bookmakers Parijs - Roubaix 2025